Druk- en niveaumeettechniek voor biotechnologische processen

In de installaties worden de meest uiteenlopende VEGA-sensoren ingebouwd. Deze leveren op hun beurt hun digitale en analoge 4 ... 20 mA-signalen aan TECNIC's eigen eSCADA-software. De software is gebaseerd op het AVEVA-platform en beheert de regelparameters en de uitvoering van de recepten volgens GAMP5 en CFR21. "Wij stellen alle sensoren zelf in werking. Maar we kunnen daarbij altijd rekenen op de technische ondersteuning van VEGA", weet Estany.
De VEGABAR 28 bijvoorbeeld is zo ongeveer de standaardsensor voor drukmeting. Met behulp van die sensor worden de sterilisatieprocessen in de bioreactoren geregeld. De sensor is essentieel om een druk van 1,3 bar te garanderen. De VEGABAR 28 is een universeel inzetbare druksensor met keramische meetcel voor het meten van gassen, dampen en vloeistoffen tot 130 °C. Het sensorelement is de beproefde keramische CERTEC®-meetcel, die niet alleen een uitstekende stabiliteit op lange termijn biedt, maar ook een hoge weerstand tegen overbelasting. De CERTEC® meetcel is bovendien een droge meetcel zonder olievulling.
De VEGABAR 29 is dan weer de standaardsensor in de kruisstroomfiltratiesystemen (TFF), dat wil zeggen, meer in de downstreamtoepassingen van de biotechnologische processen. De sensor bewaakt hier de TMP (Trans Membrane Pressure), een kritische parameter voor de filtratie. Deze procesparameter is de gemiddelde druk van de instroom aan de permeaatzijde van het membraan. Het kruisstroomfiltratiesysteem (TFF) van TECNIC is volledig geautomatiseerd, zodat de TMP vooraf kan worden bepaald en het proces kan worden gestuurd door in te grijpen op de retentaatklep.
Hoewel de capacitieve staafmeetsonde VEGACAL 62 slechts sporadisch door het bedrijf wordt gebruikt, wordt deze door zijn hoge chemische bestendigheid in hoge mate gewaardeerd in CIP-installaties (Cleaning in Place). Daar meet het instrument continu het niveau. De VEGAFLEX 81 wordt daarentegen vaker gebruikt op sterk uiteenlopende plaatsen in de processen, bijvoorbeeld om het niveau in de kruisstroomfiltratietank te meten. Daar is de gemeten waarde nodig om een betrouwbare meting te verkrijgen.
De niveauschakelaars VEGAPOINT 11 en VEGAPOINT 23 bewaken het niveau altijd op plaatsen waar aan de normen van ASME-BPE, EHEDG of GMP moet worden voldaan, bijv. in de pompruimte. Ook deze sensoren zijn goed bestand tegen de sterilisatieprocessen. Dankzij hun universele aansluitingen voor hygiënische adapters is de installatie een fluitje van een cent. Bovendien hoeven de sensoren niet eerst te worden ingeregeld voordat ze in de toepassing kunnen worden gebruikt.
De compacte radarsensor VEGAPULS 21, die ook bestand is tegen CIP-processen tot 80 °C, wordt gebruikt voor niet-kritische volumebewaking waarbij geen sprake is van contact met het medium. Wanneer het niveau met de hoogste nauwkeurigheid moet worden gemeten zonder contact met het medium, is het de beurt aan de VEGAPULS 64, die enkele kritische volumes in de processen bewaakt. Deze radarsensor voor continue niveaumeting van vloeistoffen doet zijn werk met 80 GHz en is ook geschikt voor SIP-processen.
Ten slotte worden de vibratieniveauschakelaars VEGASWING 51 en VEGASWING 61 vaak toegepast, vooral in toepassingen waarin de specificaties ASME-BPE, EHEDG of GMP niet gelden.